Belangrijke rol voor studenten bij doorbreken generatie­armoede in de Veenkoloniën

  • Nieuws
Annelies Kassenberg
Saskia Duursma

Generatiearmoede in de Veenkoloniën is een groot en complex vraagstuk. Een effectieve aanpak om deze vorm van armoede terug te dringen in het gebied ontbreekt vooralsnog. Samen met de 42 partners van de Alliantie van Kracht is de Hanzehogeschool daarom in februari gestart met de Innovatiewerkplaats (IWP) Generatiearmoede. Binnen de IWP is een belangrijke rol weggelegd voor studenten. “De armoedebestrijding heeft de afgelopen jaren niet geleverd wat het wel had moeten doen.”

Dat de focus van de IWP ligt op de Veenkoloniën is zeker geen toeval. Het is een gebied waar 14.000 gezinnen in armoede leven en het is het grootste plattelandsgebied in Nederland met deze armoedeproblematiek. Een kind dat opgroeit in armoede heeft twee keer zoveel kans om later ook in armoede terecht te komen. “Mensen in dit gebied leven al generatie op generatie in armoede en hebben daardoor een laag zelfbeeld”, zegt lector Jeugd & Leefomgeving Annelies Kassenberg. “Ouders zeggen ook tegen hun kinderen: ‘wij zijn een dubbeltje dus jij zult ook wel geen kwartje worden’. Omdat generatiearmoede zo hardnekkig is, hebben we bewust veel aandacht voor de kinderen. Door kinderen alle kansen te bieden, en de wereld voor hen te verbreden, willen we onderzoeken of het voor de kinderen wel lukt om het patroon te doorbreken.”

Alliantie van Kracht

De IWP Generatiearmoede komt voort uit de Alliantie van Kracht. Binnen deze alliantie werken 42 partners samen om het armoedeprobleem te doorbreken in de Veenkoloniën. Kennisinstellingen zoals de Hanzehogeschool en de RUG, woningbouwverenigingen, gemeenten, zorg- en welzijnsinstanties en ervaringsdeskundigen zijn vertegenwoordigd binnen de Alliantie van Kracht. Kassenberg: “Wij hebben een jaar geleden samen met de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en CMO/STAMM meegeschreven aan een gedeelte van het programmaplan van de Alliantie van Kracht. We proberen met het programmaplan zichtbaar te maken wat we willen bereiken en vooral hoe. Het zijn langetermijndoelen over een periode van twintig jaar. Binnen de Alliantie van Kracht zijn veel partijen bezig met interventies om generatiearmoede tegen te gaan. We vinden vanuit de Alliantie van Kracht dat we cyclisch moeten werken aan verbetering. Ook omdat we op dit moment niet weten welke interventies effectief zijn en welke niet. Onderzoek is daarom opgenomen in het programmaplan en vormt een heel belangrijk onderdeel. Daarin wordt enerzijds kwantitatief gemonitord welke interventies worden gedaan en wat dat oplevert. Daarnaast willen we ook meer verdiepend inzicht waarom iets werkt en voor wie. We willen veel beter weten hoe deze interventies worden ervaren door zowel mensen die leven in armoede, als de professionals die de interventies uitvoeren. Voor het werkveld is het heel interessant om antwoorden te krijgen op deze kleine onderzoeksvragen en voor onze studenten zijn het precies de juiste vragen om onderzoek naar te doen.”

Saskia Duursma is programmaleider binnen de Alliantie van Kracht. Ze zegt over het belang van de innovatiewerkplaats: “We zoeken al jaren naar oplossingen om het vraagstuk generatiearmoede te doorbreken. Uit onderzoek van de RUG vallen drie dingen op: we moeten maatwerk leveren, stoppen met alles wat projecten is en inzetten op de lange termijn en het derde is dat we eigenlijk niet goed weten wat wel en niet goed werkt. Er is maar één bewezen effectieve interventie en dat is motivational interviewing. Voor de rest doen we als het gaat om armoedebestrijding veel op onderbuikgevoel en ervaring die we hebben. Als we de komende twintig jaar echt stappen willen zetten om generatiearmoede te doorbreken, dan moeten we bij alles wat we doen er een vergrootglas bovenhouden en afvragen is het effectief? Ervaren de mensen over wie het gaat dat er iets voor hen verbetert? De studenten gaan bij iedere interventie onderzoeken of het ons in de goede richting helpt. De armoedebestrijding heeft de afgelopen jaren niet geleverd wat het wel had moeten doen. Er komen steeds meer mensen in armoede terecht. We moeten beter weten wat werkt wel en wat werkt niet. De juiste aanpak uitrollen kan niet zonder een effectiviteitsmeting. Hierin spelen studenten een belangrijke rol. We kunnen heel veel leren van de mensen waar het over gaat.”

Onderzoeksvragen

Vijf studenten gaan het komende semester aan de slag bij welzijnsorganisatie Tinten. Studenten gaan in kaart brengen welke armoede-interventies er zijn en daar een handige visual van maken. Dat helpt sociaal werkers en verwijzers in hun dagelijkse praktijk. Na de zomer is het de bedoeling dat er meer studenten onderdak krijgen binnen de IWP Generatiearmoede. Aan onderzoeksvragen geen gebrek, vertelt Duursma: “Naast de onderzoeksvragen vanuit Tinten, gloren er op korte termijn ook onderzoeksvragen rondom het programma Kansrijk Talent. Insteek van het programma is om mensen die nu nog geen baan hebben te begeleiden naar werk of een vervolgstap in hun ontwikkeling naar werk. Het programma richt zich op de basale vaardigheden in samenwerking met het bedrijfsleven. Wij denken dat dit heel effectief is, maar dat weten we niet zeker. Interventies, waarbij we vermoeden dat ze kansrijk zijn, willen we door studenten laten toetsen op effectiviteit. Naast Kansrijk Talent zijn er meer projecten waarbij we denken dat ze helpend zijn, bijvoorbeeld Kansrijk Groningen en Kansen voor Kinderen. Dat zijn grote programma’s die inzetten op het doorbreken van armoede, waarbij ons onderbuikgevoel zegt dat ze werkend zijn. We willen het bewijs leveren dat het voor de mensen waar het over gaat werkende initiatieven zijn om uit de armoede te komen.”

Argwanend

Werken in de Veenkoloniën is soms lastig voor professionals, omdat je met mensen te maken hebt die argwanend zijn. “Ze hebben vaak weinig op met overheid en professionals, omdat ze het gevoel hebben dat deze instanties er niet voor hen zijn”, zegt Kassenberg. “Door vertrouwen op te bouwen willen we daar doorheen breken. Dat kost tijd en is zeker niet makkelijk.” Duursma voegt eraan toe: “Binnen de Alliantie van Kracht werken we veel met ervaringsdeskundigen, dat zijn mensen die zelf in de armoede hebben gezeten en eruit gekomen zijn. Ze helpen ons richting te geven aan het programma.” Kassenberg en Duursma denken dat studenten makkelijker het vertrouwen kunnen winnen van de mensen in de regio. “We hopen dat studenten minder bedreigend zijn voor bewoners, omdat ze jong en nog aan het leren zijn. Wellicht komen we makkelijker binnen bij mensen en komen studenten aan informatie waar professionals minder snel aan komen”, aldus Kassenberg.

Generatiearmoede doorbreken

Wanneer is het doel van de IWP Generatiearmoede bereikt? Duursma: “Voor mij is het geslaagd als we beter weten wat wel en niet werkt om generatiearmoede te doorbreken en dat we dat doen door de professional van de toekomst op te leiden.” Kassenberg voegt eraan toe: “Vanuit het hbo hebben we altijd gezegd dat lectoraten bestaan om de driehoek onderwijs, onderzoek en werkveld te bedienen. We gaan hopelijk een mooie bijdrage leveren aan het onderzoek, waarbij we meer inzicht gaan krijgen in wat werkt in de Veenkoloniën. Daarnaast bieden we een prachtige kans om onze studenten onderzoek te laten doen. Ook het werkveld zit op onderzoek te wachten, omdat ze veel vragen hebben waar ze meer inzichten in willen hebben. De facetten onderzoek, onderwijs en werkveld worden bediend binnen deze IWP.”

Na de zomer is er nog genoeg plek voor nieuwe studenten, zegt Kassenberg. “We richten ons niet op studenten van één specifieke opleiding, de vraagstukken zijn school overstijgend. Welke eigenschappen je moeten hebben als student? Je moet vooral compassie hebben met de doelgroep, oprecht geïnteresseerd zijn, een onderzoekende houding hebben en nieuwsgierig zijn.”