Terugblik Week van de Circulaire Economie

  • Nieuws
Week van de Circulaire Economie.png

Tussen 11 en 17 maart was het de Week van de Circulaire Economie, een week wanneer we stilstaan bij onze consumptie en de transitie naar circulaire, duurzame grondstoffen. Om deze week te vieren spraken wij met twee lectoren en een PHD-student van het Kenniscentrum Biobased Economy over welke rol circulariteit speelt in hun onderzoek.

Niels Faber: Lector Transitie naar een Circulaire Economie

Voor veel mensen staat de circulaire economie gelijk aan recycling en hergebruik. Maar eigenlijk gaat het veel verder dan dat. Niels: “Een circulaire economie is een economie van waardebehoud. Het gaat dan om behoud van waarde van producten, componenten en grondstoffen. We moeten aan zo’n economie werken, want onze planeet heeft slechts een beperkte voorraad grondstoffen die we in onze producten kunnen gebruiken en deze voorraden zullen een keer opraken. De rekensom is eenvoudig te maken.”

HANZE240077_Niels Faber-4.jpg

Daarbij vergt de transitie naar een circulaire economie niet alleen nieuwe technieken en methodes, maar ook nieuwe systemen en manieren van samenwerken: “Naast zoeken naar manieren om grondstoffen efficiënter te gebruiken, gaat het om het organiseren van hergebruik, reparatie en recycling, en te zoeken naar biologische alternatieven.”
 
Deze transitie dwingt ons om kritisch te kijken naar ons eigen gedrag, en hoe wij denken over spullen, grondstoffen, en gebruik. “Hoe vaak gebruik je iets nu eigenlijk en rechtvaardigt dit de hoeveelheid materialen die in het product gebruikt worden?” Dezelfde vraag moeten we stellen over afval; wanneer wordt iets afval, wanneer verliest het waarde, en wanneer zien we het weer als grondstof? “Kortom, circulaire economie is niet enkel een technisch vraagstuk, maar veel meer een organisatorisch en economisch vraagstuk.”

Jarno de Witte: PhD-student

Jarno werkt met meerlaagse PET. Dit materiaal bestaat uit verschillende lagen materiaal, en het recyclen van deze complexe structuren is een uitdaging. Het zorgt voor een grote stroom aan plastic afval dat momenteel niet gerecycled kan worden: “Zuiver PET, zoals de bekende PET-flessen, is niet zo’n groot probleem. Dat kan relatief makkelijk gerecycled worden. Maar meerlaagse PET is een stuk lastiger. Ik werk aan een proces om het te verwerken zodat het in nieuwe polymeren toegepast kan worden.”

Jarno houdt materialen vast 2.jpg

Veel van het plastic dat wij dagelijks gebruiken valt onder meerlaagse PET. Zo ook vleesbakjes en andere verpakkingen. Dat gaat dus om heel veel plastic wat nu verbrand of verzameld wordt, of in de natuur terecht komt. Daarom is opschalen het belangrijkste doel van het onderzoek van Jarno: “We werken nu met hoeveelheden van 25 gram. Dit willen we opschalen naar een pilot-schaal van 100 kilo. Dat is een uitdaging, want dat is nog nooit eerder gedaan met deze methode en meerlaagse PET.” De oplossing is echter niet perfect: “De nieuwe polymeren die wij maken zijn echter ook niet goed recyclebaar, dus er blijft werk aan de winkel om daar antwoorden voor te vinden.”

Lizette Oudhuis: Lector Healthy Food and Nutrition

“Oorspronkelijk was ik niet met circulaire voedselproducten bezig, maar over de jaren zag ik de noodzaak ontstaan. Er kwamen bedrijven naar me toe met producten die overbleven in hun productieproces. Vaak kun je daar nog veel mee, en kun je een heel businessmodel creëren voor iets dat eerst als afval werd gezien.”

Lizette Oudhuis


Een goed voorbeeld is een onderzoek naar glutenvrij retourbrood, waar broden die niet meer vers genoeg zijn om verkocht te worden omgezet worden naar een glutenvrije, suikerrijke broodpasta. Deze broodpasta kan gebruikt worden als ingrediënt voor allerlei bakproducten. Een verschuiving naar circulariteit is dus niet alleen goed is voor het milieu, maar kan ook nieuwe waarde kan genereren.

Toch gaat de circulaire economie niet zo hard als het zou moeten. Ook in de voedselindustrie zijn echt duurzame werkwijzen vaker de uitzondering dan de norm. Waar komt dit door? “We hebben in Nederland een heel efficiënt ecosysteem ontwikkeld. De keten staat daardoor als een huis. Maar daardoor kun je de keten lastig aanpassen, laat staan circulair maken. Daarnaast willen we kortere en lokale ketens, maar dat betekent vaak dat je partijen uit moet sluiten. En dat soort verandering doet pijn.”

De circulaire transitie gaat dus niet makkelijk worden. Hoe kunnen we het toch voor elkaar krijgen? “Je moet hart voor de zaak hebben. Het kost soms heel veel tijd, moeite en samenwerking van bevlogen individuen om op lokaal niveau verschil te maken. Maar als lokale partijen en ondernemers samen kunnen werken voor duurzame en circulaire oplossingen, toont dat aan dat we het ook op grotere schaal kunnen.”

Interessegebieden

  • Aarde en Milieu
  • Economie en Bedrijf