Groene Chemie: Hanze loopt voorop in duurzaam onderwijs

  • Nieuws
Chemie lab - studenten.jpg

De Hanze heeft als eerste hogeschool in Nederland het internationale Green Chemistry Commitment ondertekend. Daarmee geeft de hogeschool een duidelijk signaal af: duurzaamheid staat niet alleen in het onderwijs centraal, maar ook in de manier waarop onderzoek en de praktijklabs worden ingericht. #DagVanDeDuurzaamheid

Tekst: Loes Vader
Foto: Rosan Bloem

Carine Joosse, directeur van de instituten Life Science and Technology, Engineering en van het Kenniscentum Biobased Economy, benadrukt dat duurzaamheid altijd al een kernwaarde was. “Wij vinden duurzaamheid gewoon heel erg belangrijk. Je kunt studenten iets leren over de Sustainable Development Goals, maar wij vinden dat je er zelf ook actief mee bezig moet zijn, het zelf moet zíjn.”

Zo werd er onlangs een duurzaamheidsdag georganiseerd met studenten en medewerkers van de opleidingen en onderzoeksgroepen, waarin gezamenlijk werd onderzocht wat er beter kan. Joosse: “We hebben gevraagd: welke duurzaamheidsvraagstukken vinden jullie belangrijk? Waar kunnen we verbeteren? Op de dag kwamen er ontzettend veel ideeën los, bijvoorbeeld over het gebruik van warmte, plastics en glaswerk in de labs. Studenten zijn vaak intrinsiek gemotiveerd om de wereld beter te maken, of het nou gaat om gezondheid, duurzame plastics of biodiversiteit. Dat levert prachtige initiatieven op.”

Concreet in het curriculum

Door het ondertekenen van de Green Chemistry Commitment koppelt de Hanze een label aan de duurzame initiatieven. Het commitment heeft directe invloed op het onderwijs. “We willen dat onze studenten ervaren wat het betekent om vanuit een duurzaam lab te werken en samen verbeteringen door te voeren. Daarnaast is er een duurzame leerlijn in de opleidingen, waarin studenten reflecteren op wat duurzaamheid en gezondheid betekenen”, legt Joosse uit.

Het commitment biedt bovendien structuur en zichtbaarheid. “Door dit te doen laat je zien dat je er echt werk van maakt. We werken natuurlijk met chemicaliën en het ene stofje is beter voor de natuur dan het andere, en schaarser. De industrie is niet alleen geïnteresseerd in het efficiënter maken van processen, maar ook in het zo min mogelijk gebruik maken van schaarse en vervuilende middelen. Studenten die getraind zijn in kritisch denken en denken in duurzaamheid, zijn heel belangrijk voor de industrie. Doordat je in een netwerk zit, kun je best practices delen, elkaar inspireren en daarmee de keten verbeteren.”

Samenwerking in het Noorden

Voor Joosse is samenwerking cruciaal. “Ik hoop dat wij over vijf jaar gezien worden als een belangrijke speler in het Europa circulair maken. Dat we juist door samenwerking betekenisvolle projecten hebben gerealiseerd. Met de RUG, NHL Stenden, het UMCG, de mbo’s en natuurlijk de industrie om ons heen. Zo kunnen we echt bijdragen aan het verduurzamen van de chemische industrie en toonaangevend zijn in Europa. Dat is onze missie.”
Ze benadrukt het belang voor de regio. “De chemische industrie is een heel belangrijke sector, bijvoorbeeld in Delfzijl, Emmen en Heerenveen. Het zou prachtig zijn als we die industrie hier weten te behouden door samen te werken en studenten af te leveren die gemotiveerd en goed opgeleid zijn.”

Dromen en uitdagingen

De afgelopen jaren is er al veel bereikt. “Wat ik vijf jaar geleden wilde realiseren is gelukt, zoals het opzetten van een lectoraat rond fermentatietechnologie en bioconversie. Daar worden nu prachtige projecten op het gebied van bioplastics uitgevoerd. Voor de toekomst droom ik ervan dat we nog meer discipline-overstijgende projecten doen, met als doel complexe vraagstukken op te lossen. Ook zie ik veel kansen in AI-toepassingen, waarmee we sneller en efficiënter onderzoek kunnen doen en minder proefjes hoeven uit te voeren. Dat is nog een relatief onontgonnen vakgebied. Maar met name droom ik dat we met ons praktijkgericht onderzoek betekenis kunnen geven aan de bedrijven om ons heen. Versnelling kunnen geven aan de transities. Dat onze innovaties snel in de maatschappij landen.”

Toch zijn er ook uitdagingen. De beeldvorming rondom de chemische industrie is niet altijd positief, en daarnaast loopt het aantal studenten terug. “Dat is een zorg, want de levensvatbaarheid van onze opleidingen staat onder druk. Maar juist de Green Chemistry Commitment kan nieuwe energie en aantrekkingskracht geven. We willen laten zien hoe mooi en belangrijk deze studies zijn. En dat je als student, onderzoeker of docent de wereld een stukje beter kunt maken.”

Durf te dromen

Tot slot heeft Joosse een duidelijke boodschap voor studenten die straks met groene chemie aan de slag gaan: “Blijf creatief, geloof in jezelf en durf te dromen. Het is een bijzonder en rijk vakgebied dat vraagt om jonge denkers die bijdragen aan een gezondere en duurzamere wereld.”

Plastic uit bacteriën: studenten Chemie zoeken naar duurzame alternatieven

Een voorbeeld uit de praktijk is het onderzoek van Anne Mulder, Denise Börger en Jeroen Taams. De derdejaarsstudenten Chemie deden hun minor in een opdracht van het Kenniscentrum Biobased Economy. Ze behaalde mooie resultaten in het onderzoek naar de versnelde kristallisatie van zogenaamde PHA's, een type bioplastic dat wordt geproduceerd door micro-organismen uit afvalstoffen. “Dit onderzoek richt zich helemaal op het verbeteren van iets wat er is meer proof te maken voor de toekomst”, vertelt Anne. “Dat spreekt mij heel erg aan.”

Biologisch afbreekbaar

De studenten onderzochten zogenoemde PHA’s, polyhydroxyalkanoaten, een type plastic dat wordt gemaakt door bacteriën. “Wanneer de bacteriën worden gevoed met suikers of vetzuren, slaan ze deze op in hun cellen in de vorm van PHA’s, die vervolgens kunnen worden gewonnen en verwerkt tot bioplastics.” legt Anne uit. “Ze kunnen dus worden gevormd uit biomassa afkomstig uit reststromen, dit is een hernieuwbare bron. PHA’s zijn biologisch afbreekbaar, wanneer ze in de natuur terechtkomen breken ze vanzelf af zonder microplastics achter te laten.”

Een nucleator als versneller

PHA’s hebben de eigenschap dat ze langzaam uitharden. “Daardoor zijn ze slapper en minder bruikbaar dan de traditionele plastics”, licht Anne toe.”
Om dit probleem aan te pakken, voegde ze zogenaamde nucleators toe. “Dat zijn deeltjes die fungeren als oppervlak waaraan de PHA’s kunnen kristalliseren. Zo harden ze sneller uit en worden de eigenschappen van het bioplastic beter, waardoor het bruikbaarder wordt in de praktijk.”

Tevreden en toekomstgericht

Het onderzoek leverde veelbelovende resultaten op. “Ik ben heel tevreden”, vertelt Anne. “Het ging eigenlijk zoals ik had gehoopt. Er is nog veel onderzoek mogelijk, maar dat is ook logisch, want het is net gestart. Mijn opdrachtgever wilde heel graag mijn data, zodat er verder aan het onderzoek gewerkt kan worden.”

Leren door doen

Naast de inhoudelijke uitkomsten kijkt Anne terug op een leerzaam proces. “De grootste uitdaging zat voor mij in het opzetten van een goede meetmethode, zodat we betrouwbare resultaten kregen. Dat is gelukt, denk ik.”

Interessegebieden

  • Aarde en Milieu
  • Gedrag en Maatschappij