We ontdekken allerlei plekken waar muziek iets teweegbrengt

  • Student aan het woord
Hessel en Pien 1.jpg

Pien Klein Goldewijk en Hessel Stoer zijn vierdejaarsstudenten bij de bachelor Docent Muziek op het Prins Claus Conservatorium. Voor hun stage gaven zij muziekles bij het Parcival College in Groningen. De stage werd afgesloten met een groot voorjaarsconcert. Hessel en Pien ondersteunden het docententeam in de voorbereiding van dit voorjaarsconcert, waarin 870 middelbare scholieren samen zongen in de Grote Zaal van SPOT | De Oosterpoort. Hessel en Pien omschrijven de stage als leerzaam en ‘te gek’.

Tijdens de bachelor Docent Muziek loop je meerdere keren stage. Pien legt uit: ‘In het eerste jaar begin je al na de herfstvakantie met een stage, waarbij je een semester lang elke week één dag lesgeeft.’ ‘Je begint op de basisschool en je gaat steeds een stapje hoger in leeftijd’ vult Hessel aan. Pien knikt, ‘ja, dus in het eerste jaar loop je stage op een basisschool, in het tweede jaar van de bachelor loop je stage bij de onderbouw van een middelbare school, vanaf het derde jaar geef je les bij de bovenbouw en je doet ook nog een buitenschoolse stage.’

Deze buitenschoolse stage is een kans om de opleiding af te stemmen op je eigen ideeën en ambities, buiten een school context. Hessel zette bijvoorbeeld een muziekproject op bij stichting De Ster, een organisatie die kampen voor kinderen organiseert en zich inzet om het beste in kinderen naar boven te halen. Hessel zag daar een rol voor muziek en bouwde een studio om een liedje te maken met de kinderen.

Voorjaarsconcert Parcival College

Ook voor de vierdejaars stage kregen Hessel en Pien ruimte om hun voorkeur aan te geven. Ze wilden graag eens samen stagelopen en realiseerden hun plan in overleg met Japke Hartog – hun docent Methodiek/Didactiek. Japke staat namelijk naast haar werk bij het conservatorium ook zelf voor de klas als muziekdocent bij het Parcival College. 

Hessel en Pien mochten haar ondersteunen in de lessen die zij op dat moment gaf. ‘Dat hield in dat we koorpartijen met bovenbouwleerlingen instudeerden voor het voorjaarsconcert. De leerlingen volgen allemaal muziekles en waren het Haydn Requiem aan het instuderen. Die repetities namen wij eigenlijk over’ licht Pien toe. ‘We vertelden ook over de partijen die ze instudeerden. Het is belangrijk om context te geven. Het grootste deel van de leerlingen zit er niet zo op te wachten om klassieke muziek te zingen. Dat maakte het een leuke uitdaging om ze enthousiast te krijgen. Wat zeg je om ervoor te zorgen dat ze het uiteindelijk toch best cool gaan vinden? Uiteindelijk kregen we ook een klik met de leerlingen waardoor ze beter mee gingen doen en werd het een fijne sfeer.’

Naast dat Hessel en Pien beiden met eigen klassen de klassieke muziek instudeerden, waren er ook repetities met alle bovenbouwleerlingen bij elkaar. ‘Toen moesten we met 372 leerlingen werken. Dan sta je daar voor zo’n grote groep pubers. We hebben dat beide een keer gedaan. Alleen. Dat was wel heftig maar superleuk.’ aldus Pien. Hessel beschrijft het als overweldigend ‘Het is echt bijzonder om zoveel stemmen te horen.’ Na het inzingen waren er losse repetities met de partijen. ‘Dan gingen de basstemmen met Hessel mee en de sopranen met mij’.

Hessel geeft aan dat het in het begin wel spannend was om voor zo’n grote groep te staan, maar dat ze steeds makkelijker afgaat. ‘Aan hoe comfortabel je nu voor een groep staat merk je dat je je hebt ontwikkeld door de jaren heen, waarbij je elk semester een stage hebt gehad. Je werkt steeds in een andere omgeving en op een gegeven moment denk ik je “ja, ik kan gewoon voor zo’n grote groep staan.”’ ‘Ja, je bent capabel zeg maar’ lacht Pien, ‘dat is wel geruststellend. Zo merk je wat je tijdens je studie hebt geleerd.’

Zoveel mogelijkheden

Hessel blikt terug op de periode na de middelbare school toen hij net begon aan de opleiding Docent Muziek. ‘Het was wennen, ik vond het een grote switch. Op mijn middelbare school in Friesland was ik de enige pianist. Hier trof ik allemaal anderen die ook goed zijn in muziek.’ Pien reageert: ‘Dat is leuk en intimiderend tegelijkertijd. Vooral in het begin, omdat je dan nog niet zo goed weet waar je staat en wie je bent. Dat is een kwestie van zelfvertrouwen, wat groeit in de loop der tijd.’ Hessel vult aan: ‘Je komt er ook wel achter dat iedereen zo zijn of haar plek aan het zoeken is. Nu ben ik daar helemaal in gegroeid en merk ik hoeveel ik heb geleerd. Ook over mezelf. Eerst wist ik niet zo goed wie ik was of wat ik wilde en met de ruimte die ik heb gekregen ben ik veel zekerder geworden van mezelf. Je ontwikkelt jezelf op zo veel vlakken.’

Het unieke project waaraan Hessel en Pien hebben meegewerkt tijdens hun stage heeft ze geïnspireerd in de mogelijkheden voor een muziekdocent. Pien geeft aan dat ze eerst nog twijfelde over lesgeven op een middelbare school. ‘Ik wist niet of het wel iets voor mij zou zijn. Mijn beeld daarvan was beperkt tot ingeroosterde lessen. Dat is nu wel anders. Ik heb gezien dat er nog veel meer mogelijk is naast muziekles geven. Als je iets wil bereiken als muziekdocent, dan kan dat. Met motivatie en een goed team om je heen kun je zulke grote projecten organiseren’ concludeert Pien. Hessel sluit zich daarbij aan, ‘je bent veel meer dan alleen een leraar. Je kunt ook projecten maken die verder gaan dan de schoolcontext. Zoals deze leerlingen hebben ervaren hoe het is om in De Oosterpoort te zingen bijvoorbeeld.’ Pien knikt, ‘dat je zoiets kan bieden als je dat zou willen en daarvoor knokt, dat is heel bijzonder'. Ook Hessel is enthousiast over de mogelijkheden voor een docent muziek. ‘Als dit is wat ik kan doen als muziekdocent, zou dat echt te gek zijn. Dat heeft deze stage wel bij mij losgemaakt. Japke heeft bij ons beiden wel dat vuur aangewakkerd, door ons te laten zien dat je echt iets te weeg kan brengen als muziekdocent in de maatschappij. Zij is een bijzondere docent, echt een inspiratiebron’. Pien sluit zich daarbij aan ‘Ja, hoe zij lesgeeft is bijzonder. Echt dat je denkt: “zo wil ik ook zijn”.’

Toekomstplannen

Over zijn toekomstplannen is Hessel nog niet zeker. ‘Ik heb nu gemerkt dat muziekdocent zijn iets is wat ik kan en leuk vind. Ik zie mezelf dat wel doen. Maar ik overweeg ook om me verder te verdiepen in piano [zijn artistieke profiel] en mijn eigen muziek te gaan maken. Of ga ik nog iets in de jeugdzorg onderzoeken? Ik ben over verschillende dingen aan het nadenken. Want wat ik gemerkt heb is dat je zo veel vaardigheden ontwikkelt op deze opleiding waarmee je veel verschillende kanten op kan. We zijn allemaal opgeleid tot muziekdocent, maar doen daarnaast nog zoveel andere dingen buiten onze studie.’

Hessel en Pien omschrijven deze ondernemende houding als iets wat zich tijdens de studie ontwikkelt. Pien: ‘In het derde en vierde jaar is er ruimte voor verdieping en ben je meer je eigen richting aan het kiezen. Ik ben bijvoorbeeld concerten gaan organiseren voor kinderen omdat ik klassieke muziek zo mooi vind en het jammer vind dat daar zo’n vergrijzing in plaatsvindt. Ik wilde daarin iets veranderen door een leuke manier te verzinnen waarop kinderen concerten beleven. Een ander project van mij is het verbinden van kinderen uit een internationale schakelklas met Nederlandse kinderen, om die scheidingslijn in scholen te verminderen. Dat is wat ik interessant vind, terwijl Hessel zich meer focust op muziek in de Jeugdzorg. Onze klasgenoot Joep is bezig in de zorg, hij heeft een band met psychose patiënten opgezet. Dat is totaal weer wat anders, maar super vet. Rob verdiept zich in de popscene en Rosalie is bezig met ouderen en muziek. Zo heeft iedereen eigenlijk een andere richting gevonden.’ Hessel knikt. ‘Iedereen doet zijn eigen ding en tegelijkertijd geven we ook allemaal gewoon les op scholen. Ja, het is wel divers. We ontdekken allerlei plekken waar muziek iets teweegbrengt.’