
Problematische jeugdgroepen vormen een maatschappelijk probleem vanwege hun negatieve gevolgen. Niet alleen in uitingen van overlast en onveiligheid, maar ook door verhoogde spanningen in wijken. Wat begint als ogenschijnlijk onschuldige samenscholing op straat – en steeds vaker ook in het online domein – kan uitmonden in problematische jeugdgroepen. Naar schatting maakt ongeveer 5 tot 10% van alle scholieren in Nederland deel uit van een problematische jeugdgroep. De negatieve gevolgen benadrukken het belang van een vroegtijdige en effectieve aanpak.
Huidig onderzoek richt zich vooral op de vraag óf interventies werken. Er is minder aandacht voor werkzame elementen en in het bijzonder voor de inzet van formele netwerken en hun samenwerking met informele netwerken. Met formele netwerken worden personen bedoeld die handelen vanuit een betaalde functie, zoals leraren en hulpverleners. Informele netwerken, zoals familieleden, hebben deze betaalde functie niet en kunnen meer informeel worden betrokken. Het ontbreken van deze inzichten is problematisch omdat effectieve aanpakken doorgaans een geïntegreerde benadering kennen, waarin diverse actoren op verschillende niveaus gezamenlijk bijdragen aan gedragsverandering. Juist de samenwerking tussen het sociale netwerk rondom een jongere met professionals kan de effectiviteit van preventieve interventies vergroten. Daarbij is huidig onderzoek grotendeels afkomstig uit de Verenigde Staten én is er nog weinig bekend over het online domein.
Deze onderzoekslijn heeft als doel om evidence-based handvatten aan te reiken waarmee een geïntegreerde benadering kan worden opgesteld waarin informele en formele netwerken worden benut, met elkaar samenwerken en elkaar versterken in verschillende fases (preventie, repressie en re-integratie) binnen de aanpak van problematische jeugdgroepen.
Het levert niet alleen een wetenschappelijke bijdrage, maar ook concrete handvatten voor betrokkenen in de aanpak om in hun eigen context effectiever samen te werken, signalen te benutten en jongeren te begeleiden naar een positieve ontwikkeling in plaats van een bestaan in problematische jeugdgroepen. Het onderzoek wordt uitgevoerd in afstemming met de gemeente Groningen en valt binnen het landelijke programma ‘Preventie met Gezag’.
Partner
Onze mensen
-
Dr. Eric Blaauw
Lector Verslavingskunde en Forensische Zorg
-
Roy Krijger
Onderzoeker lectoraat Verslavingskunde en Forensische Zorg
-
Petrick Glasbergen
Onderzoeker lectoraat Verslavingskunde en Forensische Zorg

Meer weten over het lectoraat Verslavingskunde en Forensische Zorg?
Klik hierFeedback component
Hoe tevreden ben jij met de informatie op deze pagina?