Slachtofferrechten binnen regionale eenheid Noord-Nederland

Man wandelt met hond in natuur

Per jaar wordt naar schatting vijftien procent van de Nederlandse bevolking slachtoffer van een strafbaar feit. Het eerste contact met de politie is van groot belang om te voorkomen dat het leed van slachtoffers wordt hernieuwd of verergerd. Ook hebben sommige mensen een grotere kans op herhaald slachtofferschap. Er is al veel veranderd voor slachtoffers de afgelopen jaren en er zijn grote stappen gezet om de positie van slachtoffers te verbeteren. Zo zijn slachtofferrechten bijvoorbeeld wettelijk vastgelegd.

In 2018 heeft de politie een nieuwe werkwijze ingevoerd met betrekking tot Slachtofferrechten: de ‘Individuele Beoordeling’. In een inspectierapport van het ministerie van Justitie en Veiligheid wordt echter gesteld dat de politie nog onvoldoende aandacht besteedt aan de kwetsbaarheid en beschermingsbehoefte van slachtoffers van strafbare feiten. De nieuwe werkwijze was een grote veranderopgave voor de politie en blijkt dit nog steeds te zijn. Vanuit goede intenties is getracht de nieuwe aanpak uit te voeren, maar de weg naar de praktijk lijkt nog onvoldoende gevonden. Er is zeker oog voor slachtoffers, maar nog onvoldoende op basis van een gestructureerde en systematische werkwijze wat de Individuele Beoordeling is.

Om deze situatie te verbeteren is een landelijke opdracht verstrekt aan de regionale eenheden. De IWP Zorg & Veiligheid ondersteunt de eenheid Noord-Nederland hierbij. Het doel is om verbetermaatregelen aan te bieden op het gebied van slachtofferrechten en -bescherming op basisteamniveau. Het onderzoek is opgedeeld in drie fases en wordt in 2025 afgerond.

In de eerste fase zullen studenten bij alle basisteams in de Noordelijke eenheid interviews afnemen met politiemedewerkers om de huidige situatie in kaart te brengen. Op basis van de uitkomsten wordt er een GAP-analyse en SWOT-analyse. Zodoende wordt inzichtelijk wat het verschil is tussen de huidige en de gewenste situatie. In de tweede fase wordt er op basis van de eerdere bevindingen op basisteamniveau een plan van aanpak opgesteld met daarin verbetermaatregelen. Vervolgens zullen studenten in de derde en laatste fase opnieuw interviews afnemen binnen de Noordelijke eenheid om de situatie op dat moment in kaart te brengen. Op basis van deze informatie wordt er een nieuwe GAP-analyse gemaakt. Uiteindelijk wordt hiermee inzichtelijk of de basisteams dichterbij de gewenste situatie zijn gekomen en of de nieuwe werkwijze omtrent Slachtofferrechten beter haar weg naar de praktijk heeft gevonden.

 

Roy Krijger